Auteur

J. de Brouwer (Fons)

Jachtverhalen
Sfeerimpressies over natuur en wildbeheer

Samenvatting
Sfeervol en met respect voor de natuur en het wild dat hierin leeft, schrijft de auteur in dit boek over de twijfels, vreugde en verdriet van zijn alter ego Verwoerd tijdens zijn verblijf in de natuur: met of zonder het geweer.
Zomeravondwandelingen op zoek naar reeën of de vele uren op de hoogzit speurend naar herten. Winterse nachten in een open bos, of vroege ochtenden en late, soms bloedrode avonden, in afwachting van eenden of ganzen.
Dit boek, prachtig geïllustreerd, maakt op een mooie manier inzichtelijk hoe de jacht wordt gevoerd, maar ook hoe dit bijdraagt aan de natuur- en wildbeheer in ons land.

Genre: Verhalen
Illustraties: ja
Omvang: 16 x 24 cm
ISBN: 978-94-646-8597-8
Aantal pagina’s: 168
Prijs: € 20,99
incl. verwerk- en verzendkosten naar Nederland en België
Bestel
 Over de auteur
Onder het pseudoniem Fons publiceerde J. de Brouwer verhalen en artikelen over de jacht, de natuur en het wildbeheer. Naast auteur is J. de Brouwer actief als preparateur en als kunstschilder. De illustraties in dit boek zijn van zijn hand.  
Lees hier alvast een stuk uit het boek van J. de Brouwer (Fons)

De avond viel langzaam. In zijn neerwaartse baan stond de bloedrode zon op het punt achter een twee handbreedtes hoge lila streep te zakken. Nog even, dan zouden de nu al lange schaduwen in elkaar over lopen en kregen mens, dier en plant eindelijk de verkoeling, waar ze gedurende deze dag zo naar hadden verlangd.
Op dit topje was het aangenaam toeven. Er was een zacht briesje opgestoken en dit streek verkoelend over Verwoerd z’n bezwete gezicht. Schuin voor hem lag een kleine vallei, waarin het zonnelicht z’n laatste banen trok. Hier en daar lichtte nog een enkel blad in warme kleuren op.
Ogenschijnlijk lag het valleitje eenzaam en verlaten. Toch was dat maar schijn, want tussen de vegetatie liep een spitsbokje. Al een half uur geleden kwam hij in doelloze gang aangedrenteld.
Hier neuzelend en daar peuzelend, maar altijd spits en ineens, in trefzekere gang, rechtstreeks het valleitje in. Dwars en zonder ook maar een moment stil te staan verdween hij tussen de vegetatie. Daar moest het dier nu nog staan, want over de begraste flanken was geen ree de vallei weer uitgelopen. Voor de zoveelste keer beloerde de kijker elk takje en elke doorgang in het struweel. Het bokje bleef echter onvindbaar…